Home > Onderwijs begrippen > DCD (motorische ontwikkelingsstoornis)

Wat is DCD (motorische ontwikkelingsstoornis)?

DCD, de afkorting van Developmental Coordination Disorder, is een motorische ontwikkelingsstoornis waarbij het coördineren van bewegingen moeilijk verloopt. In het Nederlands wordt dit ook wel ‘ontwikkelingsdyspraxie’ of ‘motorische coördinatiestoornis’ genoemd. Kinderen met DCD hebben moeite met het uitvoeren en automatiseren van zowel fijne als grove motorische handelingen. Denk aan schrijven, knutselen, sporten of aankleden.

De stoornis heeft impact op het dagelijks functioneren én het schoolsucces. Omdat DCD vaak niet direct zichtbaar is, blijven signalen soms lang onopgemerkt. Vroege herkenning en gerichte begeleiding maken een groot verschil.

Hoe herken je DCD bij leerlingen?

DCD komt voor bij ongeveer 5 tot 6% van de schoolgaande kinderen. De symptomen zijn divers en verschillen per kind, maar in de onderwijspraktijk herken je DCD vaak aan:

  • onhandigheid bij alledaagse taken zoals veters strikken, knippen of tekenen;
  • slordig of traag handschrift door moeite met fijne motoriek;
  • problemen met gym, fietsen of balvaardigheid;
  • vermijding van motorisch uitdagende activiteiten door onzekerheid;
  • snel vermoeid raken bij praktische opdrachten;
  • problemen met motorische planning: het bedenken én uitvoeren van een handeling.

Deze uitdagingen kunnen leiden tot frustratie, faalangst of teruggetrokken gedrag. Het is belangrijk dat deze signalen niet worden verward met luiheid of gebrek aan motivatie.

Onderwijs en ondersteuning bij DCD

Leerlingen met DCD hebben baat bij een onderwijsaanpak die inzet op structuur, visuele ondersteuning en maatwerk. Enkele effectieve interventies zijn:

  • inzetten van hulpmiddelen zoals laptops, ergonomisch schrijfmateriaal of aangepaste scharen;
  • gebruik maken van visuele instructies en stappenplannen;
  • het geven van extra tijd voor opdrachten waarbij motoriek een rol speelt;
  • aanpassen van gymlessen met alternatieve bewegingsvormen of extra begeleiding;
  • begeleiding door een ergotherapeut of kinderfysiotherapeut.

Samenwerking tussen school, ouders en zorgprofessionals is cruciaal. Een goed afgestemd handelingsplan kan het zelfvertrouwen én de schoolprestaties van het kind aanzienlijk verbeteren.

DCD en andere ontwikkelingsstoornissen

DCD komt regelmatig voor in combinatie met andere diagnoses. Dit wordt comorbiditeit genoemd. Veelvoorkomende combinaties zijn:

  • ADHD – aandachtsproblemen versterken motorische onzekerheid;
  • TOS – samenloop van taal- en motoriekproblemen beïnvloedt communicatie en leren;
  • Dyslexie – moeite met automatiseren komt in beide stoornissen voor.

Bij comorbiditeit is het belangrijk dat de ondersteuning multidisciplinair wordt afgestemd, met oog voor zowel cognitieve als motorische behoeften.

Meer weten over motorische ontwikkelingsstoornissen?

Wil je als onderwijsprofessional meer weten over DCD en de aanpak in de klas? Bekijk dan ook de begrippen over ADHD, dyslexie, TOS of lees het overzicht van ontwikkelingsstoornissen.