Home > Onderwijs begrippen > DCD (motorische ontwikkelingsstoornis)
DCD, de afkorting van Developmental Coordination Disorder, is een motorische ontwikkelingsstoornis waarbij het coördineren van bewegingen moeilijk verloopt. In het Nederlands wordt dit ook wel ‘ontwikkelingsdyspraxie’ of ‘motorische coördinatiestoornis’ genoemd. Kinderen met DCD hebben moeite met het uitvoeren en automatiseren van zowel fijne als grove motorische handelingen. Denk aan schrijven, knutselen, sporten of aankleden.
De stoornis heeft impact op het dagelijks functioneren én het schoolsucces. Omdat DCD vaak niet direct zichtbaar is, blijven signalen soms lang onopgemerkt. Vroege herkenning en gerichte begeleiding maken een groot verschil.
DCD komt voor bij ongeveer 5 tot 6% van de schoolgaande kinderen. De symptomen zijn divers en verschillen per kind, maar in de onderwijspraktijk herken je DCD vaak aan:
Deze uitdagingen kunnen leiden tot frustratie, faalangst of teruggetrokken gedrag. Het is belangrijk dat deze signalen niet worden verward met luiheid of gebrek aan motivatie.
Leerlingen met DCD hebben baat bij een onderwijsaanpak die inzet op structuur, visuele ondersteuning en maatwerk. Enkele effectieve interventies zijn:
Samenwerking tussen school, ouders en zorgprofessionals is cruciaal. Een goed afgestemd handelingsplan kan het zelfvertrouwen én de schoolprestaties van het kind aanzienlijk verbeteren.
DCD komt regelmatig voor in combinatie met andere diagnoses. Dit wordt comorbiditeit genoemd. Veelvoorkomende combinaties zijn:
Bij comorbiditeit is het belangrijk dat de ondersteuning multidisciplinair wordt afgestemd, met oog voor zowel cognitieve als motorische behoeften.
Wil je als onderwijsprofessional meer weten over DCD en de aanpak in de klas? Bekijk dan ook de begrippen over ADHD, dyslexie, TOS of lees het overzicht van ontwikkelingsstoornissen.